MPG en Milieuprestatie Bouwwerken

Leeswijzer

Als je een nieuw gebouw wilt realiseren, dan moet je sinds 2021 bij de aanvraag van de omgevingsvergunning voor bouwen een milieuberekening aanleveren: de Milieuprestatie Gebouwen (MPG). Vanaf volgend jaar gelden hier nieuwe regels voor, die ook voor zorgorganisaties effect hebben.

Nieuwe regels MPG

Naar verwachting* worden vanaf 1 januari 2026 deze nieuwe regels van kracht:

  • De berekening (bepalingsmethode Milieuprestatie Bouwwerken) verandert
  • De eisen voor woon- en kantoorfuncties worden aangescherpt
  • Voor andere gebruiksfuncties worden prestatie-eisen ingevoerd

*Het doel is om het aangepaste voorstel en de nieuwe regels op 1 juli 2025 te publiceren in het Staatsblad en de Staatscourant. De nieuwe regels kunnen dan vanaf 1 januari 2026 gelden.

Wat is de Milieuprestatie Gebouwen?

De Milieuprestatie Gebouwen (MPG) geeft van het geheel van alle toegepaste materialen in een gebouw aan wat de milieubelasting (milieu impact) is. Hoe lager de score, hoe minder milieubelasting het gebouw veroorzaakt.

De overheid stelt eisen aan de maximale waarde van de MPG van een gebouw afhankelijk van de gebruiksfunctie. Deze Milieuprestatie-eis is niet van toepassing voor bestaande gebouwen, ook niet als je deze grootschalig gaat verbouwen of renoveren. Je kunt dit wel vrijwillig in de verbouwplannen meenemen.

De energieprestatie van een bouwwerk wordt apart berekend, daarvoor zijn de BENG-eisen (Bijna Energieneutrale Gebouwen) van toepassing. Er wordt wel gewerkt aan een gecombineerde MPG + BENG om het optimum te kunnen kiezen met betrekking tot materialen én energieverbruik.

Wat wordt er berekend?

De milieuprestatie van een bouwwerk wordt bepaald door de optelsom van een aantal milieubelastende onderwerpen voor (bijna) alle toegepaste materialen.  

Het gaat over de milieu-impact tijdens de gehele levensduur van een gebouw:  

  • Productiefase
  • Bouwfase
  • Gebruiksfase én 
  • Sloop- en verwerkingsfase. 

De Milieuprestatie Gebouwen is een getal dat wordt weergegeven in euro per m² per jaar.  

Vergelijking oude en nieuwe bepalingsmethode

Omdat de bepalingsmethode is uitgebreid zijn de huidige (bepalingsmethode A1) en de nieuwe waarden (bepalingsmethode A2) niet gelijk aan elkaar.  Zie afbeelding hieronder voor de vergelijking. 

MPG voor woningen met de oude en nieuwe bepalingsmethode

Grenswaarden per gebruiksfunctie

De grenswaarden die voor diverse gebruiksfuncties gaan gelden, zijn: 

  • Woonfunctie in een woongebouw: 1,2 *
  • Woonfunctie niet in een woongebouw: 1,0 * 
  • Bijeenkomstfunctie: 1,85
  • Gezondheidszorgfunctie: 1,85
  • Kantoorfunctie: 1,55 

* Voor woonfuncties gelden bij kleinere eenheden minder strenge eisen, afhankelijk van het oppervlak.

Wat moet je meerekenen?

Voor de Milieuprestatie Bouwwerken is een demarcatie opgesteld voor zaken die je wel of niet mee moet tellen. Omdat er een grijs gebied is, komt er een bijlage bij de regeling.  

In grote lijnen geldt het volgende: 

Wél meetellen:

  • Alle onderdelen die nodig zijn om te voldoen aan de technische eisen in het Bbl (Besluit bouwwerken leefomgeving; zie ook Overzicht wet- en regelgeving langdurige zorg). Bijvoorbeeld constructie onderdelen, vaste installaties en toegankelijkheidsvoorzieningen. 
  • Alle onderdelen die deel uit maken van een technische berekening.
    Bijvoorbeeld zonnepanelen (vanwege BENG-eis), zonwering (gevolg van TO-juli eis). 
  • Alle onderdelen die bijdragen aan het realiseren van een technische prestatie brandveiligheidsvoorzieningen. Bijvoorbeeld brandwerende deuren inclusief (vrijloop) deurdrangers. 

Niet meetellen: 

  • Inrichting, zoals keukens, toiletpotten en plafondtilliftsystemen. 
  • Aankleding, zoals wand- en vloerafwerking, gordijnen en systeemplafonds. 

Grijs gebied: 

  • Extra zonnepanelen (meer dan nodig voor BENG-eisen): niet meetellen. 
  • Systeemplafond dat nodig is om aan de akoestische eisen te voldoen: wel meetellen. 
  • Alternatieve oplossingen op basis van gelijkwaardigheid, zoals een watermistsysteem in plaats van brandwerende deuren en deurdrangers: wel meetellen. 

Invloed van levensduur van bouwwerken op MPG

In de Milieuprestatie gaat de wetgever er vanuit dat een woongebouw 75 jaar meegaat en een utiliteitsgebouw 50 jaar. Op basis van de levensduur van de diverse onderdelen wordt de milieubelasting berekend. Een installatie zal gedurende de levensduur meerdere malen vervangen worden, dus daar wordt rekening mee gehouden.  

Die levensduur is om een gelijk speelveld te creëren. Dat een gebouw een andere economische levensduur heeft, in de zorg vaak 30 of 40 jaar, daar wordt (nog) geen rekening mee gehouden. De daadwerkelijke technische en functionele levensduur zal pas in de toekomst duidelijk worden. Voor een duurzame toekomst is het wel wenselijk om een (woon)zorggebouw te ontwerpen dat minimaal 50 respectievelijk 75 jaar meegaat.

Hoe MPG verlagen?

De CO2-uitstoot van de bouw en bouwmaterialen kan veel lager worden door:

  1. Compact te bouwen
  2. Duurzame materialen te gebruiken, zoals hout voor de constructie en biobased isolatie
  3. Zeer energiezuinig te bouwen. Door zeer energiezuinig (richting passief) te bouwen zijn minder zonnepanelen nodig om de minimale energetische prestatie uit het Bouwbesluit (BENG 2) te halen. Minder energiezuinige gebouwen hebben meer zonnepanelen nodig om te voldoen aan BENG 2. Zonnepanelen hebben een negatieve impact op de CO2-emissie van bouw en bouwmaterialen.

Meer informatie

Stichting Nationale Milieudatabase

Meer over EVZ

Nieuwe interactieve rondleiding

Loop rond door gezondheidscentrum Blankenburg: de hal, praktijkruimtes, apotheek en nog veel meer. Zoom in op maatregelen en krijg zo waardevolle informatie over verduurzamen ‘in de praktijk’.