Het gas- of warmteverbruik in de CO2-tool wordtnegatief. Wat kan ik daaraan doen?

Het gas- of warmteverbruik in de CO2-tool wordtnegatief. Wat kan ik daaraan doen?

Dit gebeurt veelal door het inplannen van een extra maatregel. Je krijgt je een opmerking in de CO2-tool en je kan niet verder tot je dit opgelost hebt. Je moet

  • of eerst de planning en/of besparingen van de andere ingeplande (gas- of warmte-) maatregelen aanpassen, voordat je deze maatregel in kan plannen,
  • of deze maatregel niet volledig inplannen (bijv. 0,5 i.p.v. 1).

Zeer waarschijnlijk heb je al een of meerdere maatregelen ingepland die de gas- of warmtevraag reduceren. De afname van gas- en warmtevraag van die maatregelen wordt geschat op basis van vuistregels, die toegelicht worden op het tabblad Bron. Als het gas- of warmteverbruik door (een of meerdere) maatregelen negatief wordt, passen de vuistregels niet zo goed bij dit gebouw.

  • Ofwel omdat de maatregelen elkaar beïnvloeden. Voorbeeld: een WTW op luchtbehandeling zal in een slecht geïsoleerd gebouw procentueel minder gas reduceren dan in een gemiddeld geïsoleerd gebouw. Ofwel: de vuistregels in de CO2-tool overschatten de besparing voor een slecht geïsoleerd gebouw.
  • Ofwel omdat de kenmerken van het gebouw anders zijn dan van een gemiddeld zorggebouw. Bijvoorbeeld als een gebouw minder glas heeft dan gemiddeld, dan wordt de besparing door beter glas overschat.

Een energiespecialist (intern of extern) kan je helpen de besparingen (en investeringskosten) beter in te  schatten.

Je kan dit vervolgens op twee manieren in de CO2-tool verwerken:

  1. Als besparingen en investeringen in gelijke mate afnemen, kan je de maatregel  voor minder dan 1 (= 100%) inplannen. Stel: je gebouw heeft 90% gesloten gevel t.o.v. onze aanname, dan nemen investering en besparing van spouwmuur- of gevelisolatie met 10% af. Je kan de maatregel dan inplannen voor 0,9.
  2. Als besparingen en investeringen NIET in gelijke mate afnemen, kan je beter de investeringskosten en besparingen overschrijven. Haal de beveiliging van het locatietabblad af, en overschrijf de waarden. Tip: markeer de cellen met een kleurtje (zodat je later weet dat je hier de formules hebt overschreven). Zet de beveiliging er weer op.